3.2 Toetsing aan de wijzigingsbevoegdheid
Om het vergroten van het bouwvlak toe te staan dient te worden voldaan aan de voorwaarden zoals deze zijn opgenomen in artikel 35, lid 3 van de voorschriften van het geldende bestemmingsplan 'Buitengebied Jacobswoude'. Deze voorwaarden zijn verwoord in paragraaf 3.1 van de toelichting van voorliggend wijzigingsplan. In onderstaande wordt per voorwaarde toegelicht op welke wijze wordt voldaan aan de betreffende voorwaarde.
- De eerste voorwaarde stelt dat vergroting van het bouwvlak alleen is toegestaan indien het voor een doelmatige bedrijfsvoering noodzakelijk is. Momenteel beschikt de agrariër over 65 melkkoeien. Het doel is om in 2015 door te groeien tot 95-100 melkkoeien. De bestaande stal waar momenteel het jongvee is gestald stamt uit 1880. Door de beperkte ruimte voldoet de stal niet meer aan de huidige maatstaven voor het opfokken van vee. In de bestaande bebouwing bestaan geen groeimogelijkheden zoals eerder toegelicht. De stal zal echter niet worden worden gesloopt waardoor uitbreiden binnen het bouwvlak niet mogelijk is. De huidige stal zal in de toekomstige situatie gebruikt worden om de jongste kalfjes in te stallen;
- Om aan te tonen dat de jongveestal noodzakelijk is voor een doelmatige agrarische bedrijfsvoering en/of de ontwikkeling van het familiebedrijf zal een agrarisch advies opgesteld moeten worden die dit uitwijst;
- Als derde voorwaarde wordt gesteld dat het bouwvlak met maximaal 50% mag worden vergroot. Hiervoor geldt een maximum van 2 hectare. In onderhavig geval betreft het een bouwvlak van 10.000 m². Het bouwvlak kan maximaal worden vergroot met 5.000 m². In eerste is door de aanvrager verzocht om het bouwvlak te vergroten tot 2 ha. Dit blijkt op basis van artikel 35 lid 3 onder c niet mogelijk te zijn. Derhalve is dit bijgesteld tot 5.000 m²;
- Als laatste voorwaarde wordt gesteld dat er geen afbreuk gedaan mag worden aan de in de doeleindenomschrijving genoemde waarden, te weten:
- de in dit gebied voorkomende waardevolle landschappelijke kenmerken in de vorm van openheid en kleine landschapselementen;
- de in dit gebied voorkomende cultuurhistorisch waardevolle elementen in de vorm van rijks- en gemeentelijke monumenten;
- de in dit gebied voorkomende aardkundige waarden.
Het bouwen van de jongveestal voldoet qua afstandmaat aan de milieuwetgeving. In hoofdstuk 4 van voorliggende toelichting zal nader in worden gegaan op de milieutechnische haalbaarheid van het initiatief. Hieruit zal blijken dat er vanuit de verschillende milieutechnische aspecten geen bezwaar bestaat tegen de bouw van de nieuwe stal. De gemeente is ter plaatse geweest en heeft de situatie bekeken. Dit leverde een positief beeld op. De nieuwe jongveestal is op een locatie gesitueerd die goed aansluit bij de bestaande bedrijfsbebouwing. Om de landelijke uitstraling te behouden en te versterken is het van belang dat na het bouwen van de jongveestal deze aangevuld wordt met grond waarbij het geheel vloeiend moet aflopen naar het lager gelegen maaiveld. Dit is overlegd met de aanvrager. Het initiatief zal geen onevenredige afbreuk doen aan bovengenoemde waarden.